Groeningen netwerkbijeenkomst wintereditie 6 februari 2025
Blauw en groen als onderlegger voor rood
Of hoe water- en bodem sturend invulling kan geven aan de NOVEX-opgave
Het Strandhuis in Meerstad is een bijzonder inspirerende locatie voor de winternetwerkbijeenkomst van Groeningen. Blauw en groen, als onderlegger voor rood, het thema van deze bijeenkomst, is mooi van toepassing op deze plek. En ook op de samenstelling van het gezelschap deze middag. Een kleine inventarisatie door Henk Kosters, voorzitter van het Platform Groeningen, wijst uit dat ‘blauw’ voor water, ‘groen’ als de groene omgeving, en ‘rood’ voor de bebouwde omgeving alle drie vertegenwoordigd zijn met een breed scala aan organisaties op deze bijeenkomst van Groeningen.
Gastheer Ronald Verheijen, horeca-ondernemer en initiatiefnemer van Het Strandhuis, neemt de circa 60 aanwezigen mee in een korte historie van zijn bedrijf. Ontstaan in 2020, in coronatijd, als een tijdelijke voorziening op het strand van Meerstad. Mede met het oog op die tijdelijkheid is bijna alles wat we hier zien hergebruikt materiaal.
Zo is de vloer een oude bowlingbaan uit Delfzijl en de bar komt uit de Euroborg uit een tijd dat ze niet zoveel te vieren hadden, zo vertelt de enthousiaste ondernemer. Nu is het Strandhuis bijna niet meer weg te denken uit deze waterrijke wijk van de stad Groningen.
De wijk omarmt ons, dus we hopen hier héél lang tijdelijk te mogen blijven, aldus Ronald Verheijen.

Van Verstedelijkingsstrategie naar NOVEX-regio
Na deze introductie is het woord aan Harmke Vlieg, directeur Regio Groningen-Assen (RGA) en lid van het Bestuurlijk Platform Groeningen. Zij vertelt over de aanloop naar de aanwijzing van Regio Groningen-Assen als NOVEX-regio (2022): een gebied waar de verstedelijkingsopgave zo groot is, met 36.000 woningen en 28.000 extra arbeidsplaatsen tot 2040, dat Rijk en Regio dit samen oppakken. De NOVEX-aanpak moet leiden tot het versnellen van de uitvoering van de Nationale Omgevingsvisie en versterken van de regierol van het Rijk in ruimtelijke ontwikkeling.
Harmke Vlieg gaat kort in op het ontstaan van de RGA, als het samenhangende daily urban system waar zo’n 500.000 mensen wonen, werken en bewegen. Halverwege de jaren negentig was die samenhang aanleiding voor de betrokken overheden in dit gebied om samen te werken aan de economisch sterke en goed bereikbare regio.
Pijlers onder RGA zijn Economie, Wonen, Mobiliteit en Ruimtelijke Kwaliteit, waar Groeningen deel van uitmaakt.
De Woondeals uit 2019 als opgave voor de regio hebben geleid tot het werken aan de Verstedelijkingsstrategie 2040. In deze strategie zijn opgaven en uitgangspunten beschreven voor Wonen, Groen en Energie, op basis van 7 ontwikkelprincipes.
De kracht van deze principes ligt niet alleen in de principes op zich, maar ook in de versterkende werking op elkaar. Belangrijke rode draad hierin is het begrip nabijheid: ontwikkelen waar het al is.
Punten als bouwen waar behoefte is, bouwplannen dichtbij OV, in een robuust groen-blauw raamwerk, met goede verbindingen, bufferzones en een duurzaam cultuurlandschap voor voedsel en drinkwater, waarin ook energie hoge eisen stelt wat betreft de ruimtelijke plannen.


Ontwikkelperspectief: ondergrond is kaderstellend
De oorspronkelijke ontwikkelprincipes zijn uitgewerkt naar 4 deelprincipes en zijn ook terug te vinden in het Ontwikkelperspectief NOVEX-gebied RGA (2023): Aansluiten op het diverse en historische landschap van de RGA, Klimaatbestendig transformeren en bouwen, Beschermen, benutten en ontwikkelen van de natuur en Breng het groen naar de mensen en de mensen naar het groen.
Een belangrijk verschil tussen het Ontwikkelperspectief en de werkwijze in het verleden is dat bij ontwerpen voor ruimtelijke ontwikkelingen de ondergrond kaderstellend is. Omgeving en landschap zijn niet maakbaar en spelen een belangrijke rol in de afwegingen die gemaakt worden bij ruimtelijke ordening. Dat wordt onderstreept door de Kamerbrief van de toenmalige minister Harbers en staatssecretaris Heijnen ‘Door meer rekening te houden met ons water, kunnen we ook in de toekomst blijven wonen en werken in Nederland.’ En: ‘Elk stukje van de bodem is in gebruik, daarom vind ik het ook een goede zaak om er zuinig mee om te gaan.’
In het gebied Groeningen komen veel ruimtelijke opgaven bij elkaar, zo sluit Harmke af. En dan gaat het erom om de juiste keuzes te maken. Waar kan gebouwd worden, waar is een opgave vanuit het water- en bodemsysteem, en waar is het niet verstandig om te bouwen.
Water- en bodem sturend: politiek is minder enthousiast
Remco van der Togt, van BREM landschapsarchitectuur en ruimtelijk onderzoek, geeft in zijn presentatie 9 lessen die behulpzaam zijn bij het maken van die keuzes. In het verleden waren we kampioen problemen negeren: water is er om weg te werken en bouwen in laaggelegen gebieden los je op met eindeloos lange heipalen. Sinds het midden van de vorige eeuw hoeven we dankzij nieuwe technieken niet meer water- en bodem sturend te bouwen. Of liever: hoefden, inmiddels is de realiteit anders. Want hoewel de huidige minister Mona Keijzer niet aan een bouwverbod wil voor lage gebieden – immers ‘dan hebben we in een groot gedeelte van Nederland problemen’- , zijn er los van het bouwprobleem problemen genoeg die om aandacht vragen: zoals bodemdaling, verzilting, landbouwtransitie, stikstof, nitraat, waterkwaliteit, somt Remco van der Togt op.
Groeningen klimaatpositieve regio maken
Geen reden om bij de pakken neer te zitten, wél tijd om een paar lessen in praktijk te brengen of op z’n minst bij de plannenmakerij te betrekken om aantrekkelijke steden en prachtige landschappen te maken. Remco van der Togt loopt ze allemaal bij langs. Accepteer onzekerheid, de toekomst is minder voorspelbaar, dus kijk hoe je extremen kunt opvangen. Word kampioen watervasthouden, maak een voorraad zoet water, Groeningen sponsland. En weet dat nabijheid van groen essentieel is voor onze gezondheid, dus bescherm, ontwikkel en herstel groen en natuur: stimuleer de biodiversiteit ook in agrarisch gebied waar die nu geringer is dan die in stad en natuur. Zie bouwen niet als doel op zich, maar als middel bijvoorbeeld zoals in Meerstad voor de ontwikkeling van een waterlandschap. Want als je bouwt, bouw dan natuur-, landschaps- en klimaat-positief.
Werk samen met de boer
En werk samen met de boer; de agrarische bedrijfsvoering kan niet zomaar anders, maar mogelijkheden zijn er wel. Pak vooral in deze omgeving ook de CO2-opgave aan, want waar veen verdwijnt, verschijnt CO2.
Net als bouwen kan energieopwekking in de vorm van zonneparken een middel zijn om mooie dingen te realiseren, in plaats van uitsluitend een doel op zich. En wees niet bang om klein te beginnen, alle schaalniveaus zijn van belang.
Remco van der Togt verwijst hierbij naar de onvermoeibare inzet van Thies Dijkhuis, de laatste boer van Euvelgunne, vanuit zijn Euvelgunnerheem om de groene loop en long van de Hunze op het bedrijventerrein te behouden en te versterken. Wat ondertussen heeft geleid tot een breed gedragen Visie voor de Hunze van het Groninger Landschap.
En tot slot: durf te dromen, plaats een stip op de horizon of liever nog, een hele rij stippen op de horizon, maak het aantrekkelijk, wees romantisch, er zijn opties genoeg, zo sluit hij enthousiast af.


‘Eigen koers blijven varen’
En daar draait het ook om in deze regio, balans vinden tussen opgaven en opties. Zegt Rik van Niejenhuis, Wethouder Wonen, Wijken en Ruimtelijke Ordening van de gemeente Groningen en lid van het Bestuurlijk Platform Groeningen. Hij rekende zichzelf tot een vertegenwoordiger van ‘rood’, van de bebouwde omgeving.
Maar van oorsprong ben ik planoloog, zo nuanceert hij die keuze, waarbij het juist de opgave is om vanuit alle aspecten samen te komen tot een goed plan.
Meerstad is een mooi voorbeeld van de keuzes die gemaakt moeten worden: het meer wordt nog drie keer zo groot en uiteindelijk komen hier 10.000 huizen.

Maken we goede keuzes? Groningen, als stad op het uiterste uiteinde van de Hondsrug omgeven door gebied onder zeeniveau, heeft een enorme opgave, wonen, bouwen én groen en blauw. Daarom werken we hierin samen als regio, om de balans te vinden. Zodat we de stad verbinden met dit gebied, met nog grote kansen voor de vrijetijdseconomie, waar je over onverharde paden helemaal naar Appingedam kunt fietsen, waar we wat mij betreft niet minder maar méér boeren willen, voor een korte voedselketen. We hebben net onze Gebiedsvisie aangeboden aan de huidige minister, maar we moeten ook (bestuurlijk) onze eigen koers durven varen, aldus de wethouder, en in Groeningen werken we actief aan het gezamenlijk belang daarvan. Want let op: in het kader van Nij Begun is nadrukkelijk aandacht voor sociale en economische ontwikkeling, maar er is geen kwartiermaker ruimtelijke ontwikkeling.
Stemmen met je voeten
Je eigen koers varen is ten slotte de opdracht van Henk Kosters aan alle aanwezigen: kies je positie, eens of oneens, in de 12 stellingen die gepresenteerd worden. Hieronder volgen een paar van de meest uitgesproken reacties uit het gezelschap.
De stelling dat voor realisatie van de ambities ook een transitie van regels en instrumenten nodig is, kon rekenen op veel bijval. Maar ook een interessante kanttekening: het ontbreekt niet per se aan instrumenten, er is vooral veel meer uitleg nodig aan de gebruikers, om de publieke opinie en waardering voor de laagveengordel te voeden.
Interessant ook reacties dat je niet op voorhand bouwen in laaggelegen gebieden moet verbieden, kijk maar naar het voorbeeld van Meerstad zelf, in dit transitiegebied.


Daarbij wordt wel de nuance aangebracht in een volgende stelling dat biobased en klimaatbestendig bouwen misschien een must is, zeker voor laaggelegen gebied, maar dat het voor grote bouwprojecten voor ontwikkelaars en bouwcombinaties wel stuit op veel praktische bezwaren.
Bouwen in randen van natuurgebieden levert een heel wisselend palet op aan reacties. Nee, behoefte aan natuur is enorm groot in Nederland, behoud en herstel is nodig óók voor economische opgaven. Ja kan, mits het op een goede manier ingepast wordt. Nee, dan liever agrarisch gebied omzetten naar woningbouw en nee, juist in agrarisch gebied gebeurt al veel op het gebied van natuurbeheer.
Waarom Groeningen het antwoord is op bijna alles
Uitgesproken stellingen zijn die aan het slot. De stelling ‘als je wilt bouwen op locaties volgens het principe water- en bodemsturend dan zijn (gemeente)grenzen ondergeschikt’ kan rekenen op bijna 100% bijval. Met uitzondering van een wethouder in het gezelschap: Nee, want dan loop je het risico dat de laaggelegen gebieden in Drenthe als het ware het afvalputje van de regio worden. Het argument vóór de stelling is bijna dezelfde redenering: anders zet elke gemeente de windmolens straks zo ver mogelijk op de grens van het eigen gebied.
En een van de laatste stellingen geeft moed voor de toekomst: ‘groen en blauw als onderlegger voor rood is een mooi uitgangspunt, maar is bij de uitvoering niet te borgen’ kan rekenen op een 100%-score. Oneens. In aansluiting op de stelling waarmee Remco van der Togt afsloot: Waarom Groeningen het antwoord is op bijna alles.